ernstige bezwaren (1 gevonden)

Dutch ernstige bezwaren English grave presumptions / serious objections

Hier komen binnenkort vertalingen van deze zoekterm...

strafrecht - grote mate van waarschijnlijkheid dat een verdachte een strafbaar feit heeft begaan. Het bestaan van ~ is een eerste voorwaarde waaraan voldaan moet worden bij het opleggen van voorlopige hechtenis. ~ houdt in dat er sprake moet zijn van een stevige verdenking. Er moet meer zijn dan alleen het bestaan van het 'redelijk vermoeden' zoals gebezigd in art. 27 WvSv. Zo kan een anonieme tip genoeg zijn om te voldoen aan het 'redelijk vermoeden' uit art 27 WvSv, maar is ontoereikend om daarop een bevel tot voorlopige hechtenis te gronden.


Artikel 56 WvSv:

1. De officier van justitie of de hulpofficier voor wie de verdachte wordt geleid of die zelf de verdachte heeft aangehouden, kan, bij het bestaan van ernstige bezwaren tegen deze, in het belang van het onderzoek bepalen dat deze aan zijn lichaam of kleding zal worden onderzocht.
2. De officier van justitie kan bij het bestaan van ernstige bezwaren tegen de verdachte, in het belang van het onderzoek bepalen dat deze in zijn lichaam wordt onderzocht. Onder onderzoek in het lichaam wordt verstaan: het uitwendig schouwen van de openingen en holten van het onderlichaam, röntgenonderzoek, echografie en het inwendig manueel onderzoek van de openingen en holten van het lichaam. Het onderzoek in het lichaam wordt verricht door een arts. Het onderzoek wordt niet ten uitvoer gelegd indien zulks om bijzondere geneeskundige redenen onwenselijk is.
3. De in het eerste en tweede lid bedoelde onderzoeken worden op een besloten plaats en voor zover mogelijk door personen van hetzelfde geslacht als de verdachte verricht.
[4.] De overige opsporingsambtenaren zijn bevoegd den aangehoudene tegen wien ernstige bezwaren bestaan, aan zijne kleeding te onderzoeken.
[5.] Tijdens het gerechtelijk vooronderzoek geldt bovendien de bepaling van artikel 195.


Artikel 67 WvSv:

[1.] Een bevel tot voorlopige hechtenis kan worden gegeven in geval van verdenking van:
a. een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld;
b. een der misdrijven omschreven in de artikelen 132, 285, eerste lid, 285b, 318, 321, 323a, 326, 326a, 326c, 395, 417bis en 420quater van het Wetboek van Strafrecht;
c. een der misdrijven omschreven in:
artikel 175, tweede lid, onderdeel b, van de Wegenverkeerswet 1994;
artikel 30, tweede lid, van de Wet buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag;
de artikelen 52, 53, eerste lid en 54 van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst;
artikel 31 van de Wet op de kansspelen;
artikel 11, tweede lid, van de Opiumwet;
artikel 55, tweede lid, van de Wet wapens en munitie;
artikel 46 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995.
2. Het bevel kan voorts worden gegeven indien geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland van de verdachte kan worden vastgesteld en hij verdacht wordt van een misdrijf waarvan de rechtbanken kennis nemen en waarop, naar de wettelijke omschrijving gevangenisstraf is gesteld.
[3.] De voorgaande leden van dit artikel vinden alleen toepassing wanneer uit feiten of omstandigheden blijkt van ernstige bezwaren tegen de verdachte.





Deel deze pagina met: